Mijn benadering wordt gekenmerkt door het zogenaamde Contextuele denken. Dat is een levensvisie, waarbij jouw context van (familie)relaties het uitgangspunt vormt. Grondlegger van deze benadering en gedachtegang is de Hongaarse Psychiater Ivan Boszormenyi-Nagy (spreek uit: Notsj). Nagy wilde mensen helpen om te komen tot groei en herstel en ontdekte dat de context van (familie)relaties daarbij een centrale rol speelt.
Contextueel denken begint bij het gegeven dat wij als mens allemaal familie hebben en familie zijn. Daarin ligt een enorme kracht. Je bestaat nooit op jezelf, maar bent altijd verbonden met een bredere groep mensen, (groot)ouders, broers, zussen, het gezin, kinderen, kleinkinderen, vrienden collega’s etc. In die relaties kan vanuit vorige generaties onbewust van alles worden doorgegeven naar nu, wat dan ook weer wordt doorgegeven aan toekomstige generaties.
Dat bepaalt hoe je omgaat met vragen of problemen waar je persoonlijk, in je gezin of relaties elders tegen aanloopt. Tegelijk zijn er in die context ook krachtbronnen te vinden waardoor je met nieuwe energie de verbinding met jezelf en de wereld om je heen kunt herstellen. Je kunt nieuwe mechanismen leren om te komen tot groei en herstel.
In mijn benadering staat jouw hulpvraag centraal. Ik wil je helpen ontdekken waar je worsteling vandaan komt. Zijn er wortels te vinden in het familiegeschiedenis? Hoe kan deze kennis je vervolgens inspireren om nieuwe keuzes te maken, andere wegen in te slaan en op een helpende manier je uitdagingen tegemoet te treden. Kort gezegd: het gaat om herstellen door ontmoeten.
In deze benadering gaat het om 4 aspecten:
- De feiten van je leven: om zicht te krijgen op je levensverhaal is het van belang te begrijpen welke feiten het bestaan van jou beïnvloeden. Je gezin van herkomst staat daarbij centraal. Feiten zijn bijv. je geslacht, je sociaal economische klasse, het overlijden van een ouder, welk kind ben jij in de rij, is er werkloosheid geweest, ziekte of gezondheid binnen het gezin, etc.
- De impact van de feiten: We verkennen in de gesprekken hoe je de feiten hebt beleefd, wat heeft het met je gedaan, waar heb je pijnlijke of mooie herinneringen aan. Welke tools heb je ontwikkeld om met de feiten om te gaan. Hoe zou dit een rol kunnen spelen in de vragen en issues waar je nu mee worstelt of hoe je dingen beleeft.
- De interacties: in het gesprek kijken we naar het systeem waarin je bent opgegroeid, waar je patronen hebt geleerd. Hoe is de communicatie nu en hoe is die geweest in de relaties binnen je gezin, familie of huidige context. Zijn deze relaties in balans geweest? Ben je vooral gevend aanwezig of ontvangend? Ben je tekort gekomen of heb je juist veel ontvangen? Op welke wijze heeft dit alles invloed op je functioneren vandaag in werk of relaties?
- De weg naar herstel: Als je inzicht begint te krijgen in hoe je context in verleden en heden bepalend is voor wie je bent en hoe je handelt, kunnen we daarna gaan kijken hoe je nieuwe wegen kunt gaan bewandelen. Wegen die je kunnen helpen op een gezonde manier je leven vorm te geven en in relaties te staan. Daarbij gaat het om het vinden van de balans tussen geven en nemen, het krijgen van erkenning of hoe je omgaat met de afwezigheid ervan. Hoe geef je wat je niet hebt ontvangen een plaats en wat is er nodig om dat te herstellen. Kun je ontdekken wat het goede is dat je wel hebt meegekregen en hoe kun je dat delen?